achtergrond Uitvaartverenigingen

‘Uitvaartverenigingen moet zich opnieuw positioneren binnen de branche’
Jarenlang zijn uitvaartverenigingen vergrijsd en gekrompen terwijl de ontwikkelingen in de branche juist om meer menskracht en deskundigheid vroegen. Zo’n vier jaar geleden begon de werkgroep Noaberschap 2.0 een actie om de verenigingen sterker te maken. Een proces dat Nardusvoorzitter Akke Vrijmoeth ‘lastig, maar niet kansloos’ noemt.

‘Funeralis helpt kleine uitvaartverenigingen bij hun voortbestaan’ luidt de kop van het persbericht waarin Onderlinge Uitvaartvereniging Mekander in Winschoten onder de naam Funeralis verschillende diensten beschikbaar stelt voor andere uitvaartverenigingen. "Dat doen we zonder winstoogmerk”, zegt directeur Akke Vrijmoeth, tevens voorzitter van Nardus.
Een initiatief dat niet uit de lucht komt vallen. In 2018 omschreef de werkgroep ‘Noaberschap 2.0’ van de Federatie van Uitvaartverenigingen in Groningen in het rapport ‘Onderzoek + adviezen voor het behoud van de onderlinge uitvaartzorg’ allerlei zaken waar de uitvaartverenigingen tegenaan liepen en kwam met voorstellen om tot oplossingen te komen.

Kleine gemeenschappen
Het grootste probleem leek de vergrijzig. Vrijwel alle uitvaartverenigingen hadden te weinig opvolgers voor de zittende bestuursleden en andere vrijwilligers, de plaatselijke betrokkenheid was klein en ledenaantallen namen af. De werkgroep stelde vast dat de verenigingen menskracht en kennis tekortkwamen om goed te kunnen functioneren. Vooral samenwerken of fuseren leek een goede optie, een toekomstbeeld waaraan veel bestuursleden, vrijwilligers en leden slechts met enige moeite zouden kunnen wennen. Uitvaartverenigingen zijn immers ontstaan vanuit saamhorigheid binnen kleine gemeenschappen. "Voor een fusie moeten de betrokkenen over hun eigen schaduw heen stappen”, zegt Vrijmoeth. "Maar langzamerhand fuseren toch verschillende kleine uitvaartverenigingen. Zo ontstond in 2020 VoorElkaar uit verschillende uitvaartverenigingen in vier Groningse dorpen en zijn onlangs weer vijf verenigingen samengegaan onder de naam Westkant.”  

Opnieuw positioneren
Maar er zijn veel meer aspecten die de werkgroep Noaberschap 2.0 destijds heeft bekeken. "Naar aanleiding van de bevindingen die in dit rapport staan, is het beleidsplan 2020-2024 geschreven”, vertelt Vrijmoeth. "De nadruk ligt op bestendigheid in de toekomst. Het was nog een flinke zoektocht om het rapport dat de werkgroep opleverde handen en voeten te geven.”
Hij noemt het opnieuw positioneren van de uitvaartverenigingen binnen de branche lastig, maar niet kansloos. "De uitvaartverenigingen in Nederland hebben samen zo’n vierhonderdduizend leden. De vrijwilligers die actief zijn binnen die verenigingen voelen de verantwoordelijkheid voor de uitvaartzorg van hun leden.”

Uitbesteden of niet
Het beleidsplan omvat verschillende onderdelen. "Samen met Kuperus & Co, een adviesbureau gespecialiseerd in stichtingen en verenigingen, zetten we een opleidingsplan op voor de bestuursleden en andere vrijwilligers.” Hij legt uit dat de drie pijlers van uitvaartverenigingen daarbij leidend zijn. Die pijlers zijn financiën, bestuur en uitvaartzorg. "Om met de laatste, de belangrijkste, te beginnen: aan de orde komt de vraag wat goed is. Wanneer is de uitvaartzorg goed? En wat kun je beter uitbesteden? De opleiders geven handvatten waarmee de verenigingen verder kunnen. Speciaal voor bestuursleden is er aandacht voor de uitdagingen en valkuilen en komen zaken als goed vergaderen aan de orde.”

Administratie en financiën
"Financiën vragen een zekere deskundigheid, die niet elke vereniging in huis heeft”, stelt Vrijmoeth. "Maar binnen Nardus is die deskundigheid er natuurlijk wel. Grotere uitvaartverenigingen hebben de mogelijkheid en de middelen om dit goed op te zetten. Daarvan kunnen andere verenigingen gebruik maken. Daarom stelt Mekander, met zestienduizend leden de grootste uitvaartvereniging in het Noorden, nu onder de noemer Funeralis verschillende diensten beschikbaar.”
Funeralis voert ledenadministraties, zorgt ervoor dat verenigingen voldoen aan geldende wet- en regelgeving en bewaakt de balans in premies en kosten.

Nardus
Tenslotte benadrukt Vrijmoeth dat Nardus, als vertegenwoordiger van de uitvaartverenigingen, niet alleen intern met de tijd mee gaat. "We staren niet voortdurend naar onze eigen navel”, stelt hij. "Nardus zoekt telkens aansluiting bij landelijke partijen, bijvoorbeeld voor de nieuwe Wet op de Lijkbezorging. De belangen van de uitvaartverenigingen moeten op elk niveau goed behartigd worden.”

 

[Gepubliceerd in Vakblad Uitvaart]

Gonneke Bonting| gonneke@gonnekebonting.nl |0651462002